Het openen van een wijnfles met een kurk heeft iets charmants. Iets traditioneels ook wel. Je snijdt het lood weg. Het is geen lood maar zo noemt men dat, het is tegenwoordig van metaalachtig materiaal of gewoon van plastic gemaakt. Je draait de schroevendraaier in de kurk en trekt dan langzaam de kurk uit de fles. Bij voorkeur zonder plop.
Vooral wijnen uit de oude wereld hebben vaak een gewone kurk, met Italië voorop. Zo’n 80% van alle wijnflessen over de hele wereld dragen nog steeds kurk. Het materiaal ademt, maar ook weer niet te veel, dat is voordelig voor de wijn.
De overige 20% van de wijnflessen hebben of een kurk van kunststof, die er maar al te vaak lastig uit te krijgen zijn, schroefdoppen of iets wat we nog niet zo heel vaak hebben gezien, de schroefkurk.
De schroefdop is handig, maar heeft totaal geen charme bij het open maken van de fles. De fles is wel zo open en je kan de schroefdop er ook weer makkelijk op terugplaatsen mocht de wijn niet opgaan?!! Geen gebroken kurken, geen stukjes kurk die achterblijven in de fles en daarna dan dus in je glas. Veel fruitige en jonge wijnen hebben een schroefdop. Wijnen uit Nieuw-Zeeland zijn bijna altijd met schroefdop.
En dan is daar ook nog de schroefkurk. Deze variant heeft de charme van de traditionele kurk maar het gemak van een schroefdop. En net als met de schroefdop, niet geheel onbelangrijk, voor wie de fles niet in een keer leegdrinkt, kun je de kurk weer in de fles draaien. Daarnaast is de schroefkurk net als de traditionele kurk biologisch afbreekbaar en dus beter voor het milieu.
Er zijn zelfs al een paar webshops die zich alleen richten op wijnen met een schroefkurk. Kortom het is handig, beter voor het milieu dan een schroefdop, en het heeft de charme van de gewone kurk, maar wat gaan we met al die mooie flesopeners doen?
Kurk vs. schroefdop
Wat is nou beter zal je je afvragen. Beide varianten hebben zo hun voor- en nadelen.
Kurk is duurzaam materiaal en dus beter voor het milieu. Het is 100% natuurlijk en ook nog eens recyclebaar. Kurk is goed voor langdurige rijping op de fles. Dit komt omdat kurk ademt, kurk laat zo’n 1mg zuurstof per jaar door. Hierdoor kan de wijn goed rijpen krijgt het die mooie smaken die je van de wijn verwacht.
Kurk is schaars en duur, per jaar wordt er zo’n 300.000 kurk geproduceerd. Daarnaast kan er pas na 25 jaar geoogst worden. Omdat de kurk een natuurlijk materiaal is, wordt het niet in massa geproduceerd. Hierdoor is het tot 3 keer duurder dan een schroefdop. Daarnaast heb je nog het fenomeen kurk in de wijn. Dit komt door een bacterie (TCA). Dit beïnvloedt de smaak van de wijn en niet ten goede. Dit komt overigens niet veel voor maar als het gebeurt dan ruik je dat meteen.
Bij de schroefkurk komt kurk in de wijn eigenlijk nooit voor omdat de kurk van tevoren bewerkt wordt en in een soort van vorm gegoten wordt waardoor het iets massiever wordt dan de gewone wijnkurk.
De schroefdop is een veel goedkoper alternatief. Er kunnen er makkelijk veel van geproduceerd worden. De schroefdop is makkelijk te openen en je hebt er geen kurkentrekker voor nodig. Je hebt nooit kurk in de fles, hiermee bedoelen we de muffe geur en smaak van de wijn. Prima te gebruiken voor jonge wijnen.
Nadeel van de schroefdop is dat er geen lucht bij de wijn kan komen waardoor de wijn dus ook niet kan rijpen. Schroefdoppen worden dan ook eigenlijk alleen gebruikt voor jonge wijnen tot een max van 5 jaar. Daarna kan je de wijn als wijnazijn gebruiken.
De schroefdop is niet sexy, en word geassocieerd met goedkope wijn. De schroefdop is allesbehalve duurzaam. Het materiaal waarvan de schroefdop is gemaakt is niet biologisch afbreekbaar maar is wel recyclebaar.
Wat vinden wij ervan. Wij drinken de wijn gewoon en het maakt ons niet zoveel uit waar de wijnfles mee gesloten is. De wijnmaker zal zo zijn redenen hebben om voor kurk dan wel een schroefdop te kiezen.